Vandaag en
morgen vieren de christenen het feest van Pinksteren. Het is het feest waarop
gevierd wordt dat de Heilige Geest neerdaalde op de leerlingen van Jezus. De
leerlingen trokken daarop de wereld in om de boodschap van Jezus verder uit te
dragen. Het verhaal daarvan vind je in het boek der Handelingen van de apostelen,
hoofdstuk 2.
Om het voor
lezers die niet (of niet meer) zo vertrouwd zijn met de christelijke traditie
wat duidelijker te maken, kan ik zeggen dat Pinksteren zowat het feest is waarop
de christenen hún Valentijnsdag vieren – zoals de goegemeente dat elk jaar
pleegt te doen op 14 februari. Met andere woorden, de dag waarop het gebruikelijk is om aan iemand die je graag
mag, een aardigheidje te geven. Een dag waarop de zuster- en broederliefde
centraal staat, quoi. Je leest dat ook in Handelingen: “Zij raakten
vol van heilige geest en begonnen te spreken in vreemde talen naarmate de geest
hun ingaf. (…) De menigte raakte in verwarring, omdat iedereen hen hoorde
spreken in zijn eigen taal. Ze stonden versteld en vroegen zich verwonderd af:
‘Maar dat zijn toch allemaal Galileeërs die daar spreken! Hoe komt het dan dat
ieder van ons de taal hoort van zijn eigen geboortestreek?’”. Nu
vraag ik je: welke taal verstaat iedere mens, ongeacht zijn leeftijd, geslacht
of afkomst? De taal van de liefde, toch?
Dat het om liefde gaat en
niets anders dan dat, blijkt ook uit de tekst die vandaag uit het Johannesevangelie
wordt voorgelezen. Die gaat als volgt:
“Jezus zei tot zijn leerlingen: ‘Als jullie mij
liefhebben, dan zullen jullie mijn richtlijnen onderhouden. En dan zal mijn
vader jullie op mijn vraag een andere helper geven, die altijd bij jullie zal
blijven. Als iemand mij liefheeft, dan zal die mijn woord onderhouden; mijn
vader zal hem liefhebben, en wij zullen bij hem verblijf komen nemen. Wie mij
niet liefheeft, slaat mijn woorden in de wind. Die woorden zijn niet van mij,
maar van de vader, die mij heeft gezonden. Ik zeg jullie dit terwijl ik nog bij
jullie ben. Maar de helper, de heilige geest die de vader in mijn naam naar
jullie zal zenden, die zal jullie alles leren en in herinnering brengen wat ik
jullie heb gezegd.” (Johannes 14, 15-16.23-26)
Liefhebben wordt in deze tekst gelijk
gesteld met doén: geen woorden maar daden. Enkel woorden, dat is sentiment. Je
koopt er niks mee. Maar ‘het woord onderhouden’, dat is de daad bij het woord
voegen; dat is je zuster of broeder liefhebben met duizend kleine gestes van
liefde. Laura Van Dolron heeft in haar boekje “Liefhebben” prachtig
geïllustreerd op hoeveel verschillende manieren dat kan. En zij nodigt haar
lezers daarmee uit om er zelf nog veel andere bij te
verzinnen. Ja, het kan, op vaak heel pretentieloze, haast onzichtbare, maar
daarom niet minder authentieke manieren.
Liefhebben heeft ook steeds te maken met
trouw: “Mijn vader zal jullie een andere
helper geven, die altijd bij jullie zal blijven. (…) Wij zullen bij hem komen
inwonen.” GOD gaat nooit met vakantie; GOD heeft het nooit te druk, zodat
HIJ/ZIJ voor ons nu eventjes geen tijd over heeft; zoals een vader of moeder
voor hun kind, zo zegt ook GOD: ‘Bij ons ben je altijd welkom!’”.
Het voornaamste gebed van de joden is
het “Sjema jisraël”: “Hoor Israël!”. De woorden zijn ontleend aan het boek
Deuteronomium en gaan zo: “Hoor, Israël! De Heer is onze God, de Heer is één! Je
zal de Heer, je God, liefhebben met heel je hart, met heel je ziel en
met al je krachten. Wat ik je heden gebied, zal in je hart zijn; je zult het je
kinderen inprenten en erover spreken wanneer je in huis bent, wanneer je
onderweg bent, wanneer je neerligt en wanneer je opstaat. Je zult het ook tot
een teken op je hand binden en het zal je een voorhoofdsband tussen je ogen
zijn; je zult het schrijven op de deurpost van je huis en aan je poorten.”
(Deut. 6,4-9)
Sinds deze week sieren deze woorden ook
de deurpost van mijn appartement. Ze zijn verborgen in een mezouza, een klein kokertje dat de joden volgens traditioneel
gebruik bevestigen op alle deurposten die leiden naar de woon-, werk- en
slaapkamers. Bij binnenkomst van het vertrek raken ze de mezouza aan of kussen haar. Ik neem me voor om die gewoonte van hen
over te nemen, om te beseffen dat alles, overal, met liefde te maken heeft en
aan liefde gewijd is. Liefde is de enige weg naar Godskennis en het enige dat
er echt toe doet in onze levens.
Met dank aan mijn vrienden van de
cisterciënzerleesgroep in Klaarland, Bocholt.
Etienne Eertmans
15 mei 2016
Geen opmerkingen:
Een reactie posten